woensdag 26 februari 2014

Short Story

Hey Guys :D
Aangezien het vakantie is ga ik vaker posten (niet dat jullie dat leuk gaan vinden *Grijnst*). (:
Nu is het heel toevallig dat ik met een vriendin van de basisschool afgesproken heb en we allebei een verhaal gingen schrijven om te laten zien hoe ver we gevorderd waren met onze writingskills. ;3
Aangezien ik verschrikkelijk ben in het schrijven van korte verhalen, heb ik mijn best gedaan een kort verhaal te schrijven. Aan jullie de eer om het te bekritiseren! ^-^
Dus, alsjeblieft, geef je mening in een reactie, dan weet ik of ik ermee verder moet gaan en/of wat ik eraan kan verbeteren. x

LOL, (Lots Of Love)
Juliette x


Zachtjes ruist de wind door mijn ravenzwarte haren, alsof ze een oneindige wals dansen op het ritme van de ondergaande zon. Een vertederde zucht verlaat mijn droge lippen terwijl ik naar de prachtig kleurende hemel staar. Het is precies een jaar geleden dat ik voor het eerst deze schoonheid van de wereld buiten mij heb mogen waarnemen, en sindsdien heb ik meer van de wereld gehouden. De pracht van het heelal, de stralende sterren die bitterkoude winternachten verzachten met hun licht die ons oneindige hoop biedt. Het oneindige licht van de sterren aan de hemel hebben me eraan laten herinneren dat er nog hoop is, dat er een reden is dat ik hier ben. Ze hebben me eraan laten herinneren dat ik nog niet op moet geven. Want ik zal nog niet opgeven. Ze kunnen me pijnigen met hun daden, breken met hun woorden, maar ik zal sterk blijven. Want ik weet, dat op een gegeven moment, de sterren me zullen laten stralen, en dat ze verblind worden door mijn kracht, door mijn overlevingskracht, en ze zullen inzien, dat wat ze hebben gedaan fout is geweest. Een eenzame traan biggelt over mijn wang naar beneden waar zij strandt op de rand van mijn gebarsten bovenlip. De lucht vervaagt langzaamaan weer terug naar zijn vertrouwde donkerblauwe, bijna zwarte kleur van de nacht, en één voor één verschijnen de sterren aan de bewolkte hemel. ‘Ik zal niet opgeven… Nu nog niet…’ Ik slik de uit mijn opgekropte verdriet bestaande brok in mijn keel met moeite weg. ‘Maar ik ben ervan overtuigd dat ik meer kans op overleven heb, als ik in de hemel ben…’ Tranen stromen over mijn wangen en de wind begint klaagliederen te zingen door de bladeren van de bomen te laten breken en te laten vallen. ‘Ik zal je weer ontmoeten, Noah.’ Een zwakke glimlach siert mijn gebarsten lippen waardoor er een kleine wond ontstaat en een ijzersmaak mijn mond binnendringt. ‘En samen zullen we overleven. Samen zullen we hoop geven aan degenen die het niet zelf hebben omdat ze het anderen al hebben gegeven en niets voor zichzelf over hebben gelaten.’ Ik sla mijn ogen neer en duw mezelf overeind. Mijn knieën knikken, en mijn voeten protesteren luid en duidelijk met het motief om onmiddellijk rechtsomkeert te maken, mijn hersenen schreeuwen dat dit onverstandig is, maar mijn hart neemt de controle over mijn lichaam over en laat me standvastig vooruit lopen. Het ijskoude water dringt binnen in mijn huid en laat een rilling over mijn ruggengraat trekken. Houd vol, zonder dat je het doorhebt voel je de kou al niet meer. Stap voor stap loop ik het ijskoude meer in totdat ik tot boven mijn schouders onder water sta. ‘Het spijt me…’ Ik werp nog een laatste blik op de stralende sterren boven me, laat de wind nog een laatste keer met mijn ravenzwarte haren spelen. Ik laat het water nog voor één keer in mijn diepgroene ogen staren. Ik neem afscheid van al dat mij dierbaar is, ik geef ze nog een laatste woord van liefde, en daarna duik ik met mijn hoofd onderwater, in de intentie het nooit meer boven water te laten komen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten